
Holy ground, heerlijke sound: 50 Jaar Jazz bij De Smidse
Een halve eeuw verbonden met jazz
Sinds 1974 is café De Smidse een vaste waarde in het Bossche muzieklandschap. Eigenaar Loek de Graauw blikt terug op vijftig jaar betrokkenheid bij Jazz in Duketown. “Dit wordt de vijftigste keer dat De Smidse Jazz in Duketown sponsort. De allereerste keer zat er nog een beeldenzaak in dit pand, mijn ouders zijn in 1974 met het café begonnen.” Aan het woord is Loek de Graauw, eigenaar van het bekende café De Smidse tegenover de ingang van de Mariakapel van de St. Janskathedraal. “Er stond toen tegen de wand nog een piano, waarop geregeld jazz gespeeld werd. Die is inmiddels verdwenen.”
Van beeldenzaak tot jazzpodium
De Smidse is altijd verbonden geweest met muziek en muzikanten. In de ruimte naast het café, De Stallen, repeteren vrijwel elke avond gezelschappen: big bands, jazzorkesten, dweilorkesten en worden al jaren geregeld concerten gegeven. Na afloop blijven spelers en publiek meestal hangen om onder het genot van een goed glas die repetitie of dat concert nog even door te spreken. “Natuurlijk is het goed om als ondernemer bij te dragen aan een evenement als Jazz in Duketown, dat stadsbreed gedragen wordt. Maar belangrijker is dat mijn gasten, vaak zelf muzikant of muziekliefhebber, dat van mij ook verwachten. En ik merk dat door mijn activiteiten, niet alleen tijdens Jazz in Duketown, nieuwe, vaak jongere gasten de weg naar De Smidse makkelijker weten te vinden.”
Bijdragen aan de stad én de sfee
Tijdens de drie dagen Jazz in Duketown plaatst De Graauw een podium tegenover zijn café, achter het hek rondom de Sint-Jan. “Dat doen we in goed overleg met het kerkbestuur, dus die muzikanten spelen daar met inspiratie van bovenaf op gewijde grond. Wist je dat dat ook geldt voor de bezoekers die in onze serre gaan zitten? Dat gedeelte van De Smidse staat op heilige grond, grond die we huren van de kathedraal.”
Gevarieerde programmering, geïnspireerd door het publiek
De programmering doet De Graauw zelf, maar hij luistert daarbij graag naar adviezen van zijn gasten. Daarom is de muziek op dat buitenpodium net zo gevarieerd als die van Jazz in Duketown zelf: vrijdagavond soul, blues en motown uit de 50’s en 60’s met Vintage Black, zaterdag het Paporkest en ’s avonds de Duke City Big Band en zondag na het Paporkest eerst de Birdie Seven en in de avond 14 blazers ondersteund door een groovy drummer, een zanger en een zangeres die funk en soul ademen: Copchase Brass XL.
Geen garantie op winst, wel op sfeer
De Graauw is ondernemer, en als ondernemer wil je winst te maken, da’s logisch. Maar wordt hij eigenlijk rijk van zijn activiteiten rondom Jazz in Duketown? Een extra bar met personeel, een buitenpodium met licht en geluid, de vereiste vergunningen, extra beveiliging, betaling van de formaties die komen spelen, vaak formaties met veel musici, dat alles kost bij elkaar toch gauw zo’n € 10.000, rekent De Graauw voor, ’n flinke investering dus: “Als alles, en dan bedoel ik vooral het weer, meewerkt, hoef je er als ondernemer niet op toe te leggen, houd je eraan over. Maar het is en blijft natuurlijk een ondernemersrisico: ’n jaar of wat geleden moesten op last van de brandweer alle concerten afgelast worden wegens barre weersomstandigheden, en dan zit je met een fikse strop.
Bijdragen aan de stad én de sfeer
Bestellen is niet zo moeilijk, het bonnetje betalen, daar gaat ‘t om…! Maar dat alles neemt niet weg dat ik Jazz in Duketown een prachtig evenement vind dat brede ondersteuning verdient. Als eigenaar van De Smidse heb ik er altijd in het volste vertrouwen in geïnvesteerd, mijn medewerkers hebben tijdens die dagen ook altijd met veel plezier gewerkt. Zo’n investering is niet alleen goed voor het café, maar ook voor de stad. Een stad zonder evenementen is een dode stad.”
Advies voor de organisatie
Heeft De Graauw ter afsluiting wellicht nog een advies voor de organisatoren? “Ik heb het er vaker met hen over gehad, dat de nadruk eenzijdig ligt op de grote podia. Horecaondernemers zijn voor een vergunning voor een buitenpodium afhankelijk van de Stichting Jazz in Duketown, dat snap ik, maar dan zouden wij meer aandacht voor onze kleinere podia ook zeer toejuichen.”
Share